Onderstaande tekst maakt deel uit van een schrijfopdracht voor Schrijfatelier Alicia Kok waarbij een onderwerp of plaats beschreven moest worden zonder het in het artikel te noemen.
De afbeelding die ik hiervoor gebruikt heb, is gemaakt door Urban Fotograaf Patrick Bolle. Dank je wel Patrick, dat ik deze foto van jou hier mag plaatsen.
Verlaten
en vergeten sta ik hier. Het is koud, de verwarming is afgesloten. Soms laat
het vocht in de ruimte alles wat nog bewegen kan, piepen en schuren.
De
oude muren zuchten en verf dwarrelt van het plafond naar beneden als sneeuw uit
de lucht. Hoe oud het gebouw is durf ik niet te zeggen, vermoedelijk stond het
hier al voor de Tweede Wereldoorlog. Het is stil, behalve op dagen dat buiten de
wind waait en openstaande ramen laat klapperen. Dat is wel anders geweest.
In
topdagen waren de gangen hier vol. Mensen liepen gehaast op en neer, in witte
jassen. Kinderen renden elkaar achterna en werden tot stilte vermaand door hun
ouders. Bezoekers liepen met gedempte stemmen met elkaar te praten, soms hoorde
je een lach maar regelmatig liep men te huilen. Ik zou ze willen troosten. Vaak
wist ik wat er aan de hand was want ik was er altijd. Dag en nacht. Ik hoorde
alles hoewel bijna niemand rechtstreeks het woord tegen mij heeft gericht. Ja,
soms, soms werd ik vervloekt. Maar dat deed me niks, ze konden niet zonder me
dus ik wist dat het wel goed zat met mij. Ieder mens moet een keer zijn
frustratie kwijt toch.
Er
is nooit geweld tegen me gebruikt. Gelukkig niet. Niet dat ik zo makkelijk om
zou vallen, ik kan wel tegen een stootje.
Ik
hoop dat ik toch nog word opgemerkt. Heel af en toe komen hier mensen. Met
fototoestellen. Behoedzaam stappen ze rond, staan af en toe stil. Met gedempte
stemmen overleggen ze met elkaar. Geen gegil uit respect aan de ruimte waar ze
zich bevinden. Ze plaatsen een driepoot op de grond en meten de belichting.
Soms val ik binnen hun lens. Dan word ik vereeuwigd, zo noemen ze dat. Iemand
zal me dan toch ooit wel opmerken en me komen halen? Ik ben nog lang niet
afgeschreven, kan nog vele mensen van dienst zijn. Geduldig wacht ik af. Voorlopig
verroer ik me niet.
© Elles Jansen 2012
copyright Patrick Bolle
Geen opmerkingen:
Een reactie posten